Moeilijke scholarisatie

Er liggen verschillende problemen aan de basis van de moeilijke scholarisatie. Om de Roma te helpen, moeten we de mogelijke oorzaken kennen. 

  • Onzekere verblijfsituatie: Doordat ze elke dag weggestuurd kunnen worden, ligt hun focus niet bij de verplichtingen van het gastland. 
  • Armoede: Veel Roma hebben geen verblijfstatuut met als gevolg dat ze geen recht hebben op OCMW-uitkering, legaal werk en kinderbijslag. De Roma met een verblijfsvergunning komen ook vaak in armoede omdat ze geen job vinden wegens vooroordelen van de bazen, laag opleidingsniveau, ... De kosten van de school zijn een grote financiële drempel.
  • Negatieve ervaringen met gettoscholen 
  • Gebrek aan duidelijkheid over de leerplicht: Ook Roma-kinderen zonder wettig verblijf zijn verplicht om van hun 6 tot 18 jaar naar school te gaan. Als de leerlingen spijbelen, worden geen grote maatregelen genomen waardoor de Roma deze regel niet serieus nemen.
  • Culturele drempels: Er zijn een heleboel verschillen die ervoor zorgen dat de Roma niet zo geneigd zijn om hun kinderen naar school te sturen.

Culturele drempels

Westerse schoolcultuur VS thuiscultuur van de Roma


Focus

Westerse school: Ze richten zich op individuele ambitie. Ze willen bij elke leerling de individuele talenten stimuleren. 

Thuiscultuur: Ze richten zich op familie. Roma vinden het belangrijker om een goed huwelijk te hebben dan een diploma. 

Gemengde scholen

Westerse school: In de westerse scholen zitten de jongens en meisjes op één school. 

Thuiscultuur: De Roma vinden dat de jongens en de meisjes op een aparte school moeten zitten. 

Scheiding van leeftijd

Westerse school:  De leerlingen zitten in de klas van hun leeftijdsgenoten.

Thuiscultuur: De Roma maken geen scheiding op basis van de leeftijd. Volwassenen en kinderen lopen allemaal door elkaar. De jongeren proberen zich zoals de volwassenen te gedragen en de ouders stimuleren dit gedrag. 

Belang van schriftelijke communicatie

Westerse school: De westerse cultuur is sterk gericht op schriftelijke communicatie. In de scholen gebruiken wij schoolagenda's, brieven aan de ouders, afwezigheidsattesten, ...

Thuiscultuur: De Roma gebruiken weinig tot geen schriftelijke communicatie. Ze zouden het meer apperciëren als de school hun rechtstreeks zou contacteren. 

Structuur

Westerse school: De westerse scholen zijn heel gestructureerd. Er is weinig ruimte voor vrijheid. Zo hebben de scholen een vastgelegde dagindeling, de leerlingen moeten op een vaste plaats zitten, ze moeten wachten om naar het toilet te gaan, ...

Thuiscultuur: De ruimte- en tijdsbeleving is niet op voorhand ingepland. Deze is volledig vrij. "Men eet wanneer men honger heeft en kinderen gaan slapen wanneer hun oogjes vanzelf dichtvallen." 

Gericht op kennis

Westerse school: De leerlingen krijgen heel veel theoretische, abstracte en algemene kennis. 

Thuiscultuur: De Roma zijn gericht op de dagdagelijkse praktijk. Zij vinden het belangrijk dat hun kinderen vaardigheden en kennis opdoen dat ze meteen in de realiteit kunnen gebruiken. 

Speelplaats

Westerse school: De leerlingen spelen tijdens de speeltijden het hele jaar door buiten op de speelplaats. De enige uitzondering is als het regent. Dan mogen de leerlingen in de klas of in de turnzaal blijven.

Thuiscultuur: De Roma-ouders vinden het onverantwoord dat hun kinderen in de winter in de kou moeten buiten spelen.

Bewegingslessen

Westerse school: De leerlingen moeten wel eens rondjes lopen tijdens de turnles. Dit kan verschillende redenen hebben, bijvoorbeeld werken aan de conditie of opwarming.

Thuiscultuur: De Roma-ouders vinden dit een heel vreemd concept.

Betrokkenheid in het huishouden

Westerse school: Als de ouders ziek zijn, gaan de kinderen nog steeds naar school. 

Thuiscultuur: Als één ouder ziek is, neemt het oudste kind de taak van de afwezige ouder over en kan het kind niet naar school gaan. Dit is erg belangrijk bij de Roma.



Pull- & Pushfactoren

De eerste stap in het oplossen van de moeilijke scholarisatie is het garanderen dat de kinderen naar school gaan. Door de vele culturele drempels, is er echter vaak geen interne motivatie voor aanwezig. Daarom moeten Roma veelal met extrinsieke motieven aangespoord worden om hun kinderen naar school te sturen. Hierbij spelen enkele pull- en push-factoren een rol.

  • Pullfactoren: Deze factoren moeten de school aantrekkelijker maken. Voorbeelden:
  • gratis schoolmaatijden aanbieden
  • het gebruik van de douche aanbieden
  • administratieve ondersteuning
  • schoolbemiddelaar inschakelen
  • vragen beantwoorden
  • ...
  • Pushfactoren: Dit zijn dwingende maatregelen om de kinderen op school te krijgen of te houden. Als de leerlingen vaak spijbelen, kan de school de politie inschakelen om een bezoek te brengen aan het gezin. De school kan er ook voor zorgen dat de schooltoelage aan de schoolaanwezigheid gekoppeld wordt. Aan de hand van deze maatregelen gaat men de leerplicht afdwingen.

Scholen willen er uiteraard niet enkel voor zorgen dat de leerlingen vanuit een externe motivatie naar school gaan. Dit is enkel een hefboom om het uiteindelijke doel, interne motivatie, te bereiken. Deze motivatie kan enkel ontstaan uit positieve ervaringen met de school. 

©2017 ROMA. België
Mogelijk gemaakt door Webnode
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin